De Rijkswerf was de grootste werkgever van de Hellevoetsluis en het kloppend hart van de marinehaven. Er waren meerdere marinewerven in Nederland. Die in Amsterdam was de belangrijkste, want hier werden ook schepen gebouwd. In Den Helder (Willemsoord), Vlissingen en Hellevoetsluis waren kleinere werven waar voornamelijk reparaties en onderhoud werden uitgevoerd.
Dankzij de investeringen die in de Franse Tijd waren gedaan, beschikte Hellevoetsluis over een moderne werf met een gloednieuw Droogdok.
Verder bestond de werf uit diverse loodsen, werkplaatsen en magazijnen. Als werkplaatsen waren er de bankwerkerij, de ketelmakerij en gieterij, de scheepsbeschieterswerkplaats, de houten en de ijzeren scheepmakerij, de takelaarswerkplaats, de smederij, de monteurswerkplaats en de zeilmakerij. Tegen het einde van de negentiende eeuw werd op de Rijkswerf ook een deel van het Marinetorpedodienst ondergebracht: het torpedoatelier. Daar vonden de scheepstimmerlieden, schilders, modelmakers, voorslagers, ketelmakers, smeden en zeilmakers hun werk. In 1887 werkten er 310 arbeiders op de marinwerf.
In de loop van de negentiende eeuw onderging de werf diverse veranderingen, mede vanwege de introductie van stoomkracht. Maar de werf in Hellevoetsluis raakte steeds verder verouderd. Omdat vanaf het derde kwart van de negentiende eeuw het voortbestaan van de werf voortdurend ter discussie stond, werd er niet geïnvesteerd in modernisering van de werktuigen. Ook lagen de verschillende werkplaatsen ver uit elkaar, en door het ontbreken van transportmiddelen liepen reparaties vertraging op en waren de kosten onnodig hoog.
Na de Eerste Wereldoorlog werd de Rijkswerf al behoorlijk ingekrompen. In de jaren ’20 werd de Marinewerf omgevormd tot een Rijkswerf, zodat niet alleen de marine, maar ook andere onderdelen van de rijksoverheid opdrachten konden laten uitvoeren. Zo werden er motorvletten voor Rijkswaterstaat, tonnen en boeien voor het loodswezen en zoeklichten voor de genie gemaakt.
Uiteindelijk mocht het niet baten. In 1933 werd de Rijkswerf definitief gesloten.
Tekst: Bob Benschop